De Amsterdamse School

Sinds het eind van de negentiende eeuw levert de Nederlandse architectuur belangrijke bijdragen aan de mondiale architectuur. Dat geldt zeker voor de Amsterdamse School. Ze is te vergelijken met verwante stijlen in het buitenland, maar toch zo uniek, dat een pand, in deze stijl ontworpen, zich onmiddellijk als een Amsterdam School-pand laat determineren.
Amsterdam-Zuid, blok Kropholler Amsterdam-Zuid, sculptuur Hildo Krop Amsterdam-Zuid, woningen Michel de Klerk
 
De Amsterdamse School is een van de hoofdmomenten van de stedelijke architectuur, uitermate kenmerkend voor de stad en voor een architectuurliefhebber een van de werkelijke topattracties van Amsterdam. Dat komt door de buitengewone kwaliteiten ervan, maar ook omdat enorm veel woningen en gebouwen in Amsterdam in deze stijl ontworpen zijn. Hele buurten en zelfs een groot deel van een wijk, het Plan Zuid van Berlage, zijn in Amsterdamse School-stijl gebouwd.
 
Bekendste Amsterdamse School-architect is Michel de Klerk. Een natuurtalent, die geen slechte ontwerpen kon maken. De Klerk vatte de blokken op als één architectonisch geheel. Heel essentieel voor hem is ook dat de buitengevels van die blokken niet naar binnen gekeerd zijn, niet zozeer vorm geven aan die blokken, maar de straat aankleden: de Klerks architectuur is ruimteomsluiting, hij ontwierp straatwanden. Iedere straatwand reageert op de straat of het plein. Zo krijgen hoeken altijd bijzondere accenten. De esthetische middelen die hij toepaste: buitengewoon decoratief metselwerk met rondingen, verspringingen, uitkragingen; geïntegreerd beeldhouwwerk; decoratieve raampartijen met witte houten kozijnen en soms afwijkende vormen; watervallen van dakpannen.
 
Amsterdam-Zuid, woningen Michel de Klerk aan de VrijheidslaanEen voorbeeld van zijn vakmanschap is zijn blok aan de Vrijheidslaan en omstreken. In een tijd van afgeknepen budgetten, wist hij iets heel bijzonders te creëren. De Klerk begreep dat een moderne boulevard als de Vrijheidslaan, waarover veel autoverkeer te verwachten was, bijzondere eisen stelt. Het ritme van de gevelwand is daarom aangepast aan de snelheid van het autoverkeer. De gevel is een langgerekte strook zonder verticale accenten, die aan de snelle voorbijgangers toch niet zouden zijn besteed. Een saai gevelbeeld werd vermeden door een ritme van langgerekte, trapsgewijs verspringende balkons. Balkons als decoratief element: alleen de echt grote architecten zijn daartoe in staat.
 
Een citaat van architectuurcriticus J.P. Mieras uit het Bouwkundig Weekblad, 1923:
“Deze gevel is waarlijk een meesterstuk van conceptie. De greep om aldus door verspringende balcons als decoratieve elementen van tientallen meters, de (te) machtige ruimte van den boulevard te benaderen is groot en getuigt van het waarlijk groote architectonische begrip van De Klerk. Noch Kramer, noch Marnette, noch Zietsma [aan de overkant] hebben in hun gevels iets opgenomen dat uitsluitend gevraagd werd door deze breedte van de straat. Hun werk had het in smallere boulevards ook gedaan, meer nog misschien dan hier. Maar De Klerk’s werk hoort bij dezen boulevard en hij alleen is opgewassen gebleken tegen de allure van grootschheid die Amsterdam hier in zijn straatbreedte aanneemt”.