Indische Buurt

Valentijnschool, Indische Buurt

De Indische Buurt ontstond begin 20ste eeuw. Het was een wijk voor middenstanders, ambtenaren en betere arbeiders en de woongebouwen hadden dan ook een relatief goede kwaliteit. Locale hoogtepunten zijn het complex Indië 1 van architect Leliman, een woonblok van Berlage (1912), woonblokken van architect Van der Pek, het Badhuis, de Gerardus Majellakerk van architect Jan Stuyt, enkele scholen in Amsterdamse School-stijl en de recente Borneodriehoek van Herman Zeinstra.
 
In de jaren zeventig raakten de woningen in verval en werd een deel gesloopt, onder meer markante panden in Amsterdamse School-stijl. Er kwam nieuwbouw voor in de plaats, povere architectuur vaak. De bevolking bestond toen al lang niet meer uit middenstanders, het was zelfs een achterstandswijk te noemen, met een van een van de armste bewonersgroepen van de stad.
 
Recent beleeft de wijk echter een opleving. Er zijn succesvolle initiatieven om upmarket woningen en voorzieningen te injecteren. De Indische Buurt kan nu getypeerd worden als jong en exotisch, met een contrastrijke en veelkleurige bevolking, een dynamische krachtwijk in opkomst. Je treft er uitheemse eethuisjes aan waar je nog kunt eten voor weinig geld, maar ook een Grand Café Restaurant voor een verfijnd diner. Er zijn kleine winkeltjes en kunstenaarsateliers. Alles redelijk geconcentreerd in de ‘uitgaansdriehoek’ en op de sfeervolle as Van Swindenstraat - Javastraat.
 
De buurt bestaat voor 57% uit niet-westerse allochtonen. Het is de wijk met relatief de meeste Turkse, Marokkaanse en Surinaamse bewoners binnen de Ring. Veel meer dan in de Kinkerbuurt (26%) en Diamantbuurt (37%), die de naam hebben. In overig Amsterdam zijn sommige wijken nòg gekleurder, onder meer Overtoomse Veld en de Bijlmer.